Symptomen als deze reflex nog actief is:
- Vouwt benen om de stoelpoten of zit op de benen “W”- zit
- Slechte houding
- Spanning in de nek
- Steunt het hoofd in de handen of hangt over de tafel
- Moeite met focussen van zowel dichtbij als ver weg
- Binoculaire zichtproblemen die van invloed kunnen zijn op begrijpend lezen
- Slechte hand-oog coördinatie
- Moeite met balsporten zoals tennis
- Moeite met schoolslag en vlinderslag door slechte samenwerking van het boven- en onderlichaam
- Concentratieproblemen
- Geheugenproblemen
- Kind heeft niet gekropen
Kinderen met een ongeremde STNR zullen nauwelijks kruipen op handen en knieën. Billenschuiven, overslaan van de kruipfase of een berengang (met rechte armen en benen) is hoe zij zich vaak voortbewegen.
Deze reflex speelt mee bij het vermogen om met de ogen scherp te kunnen blijven zien wanneer afwisselend van ver weg naar dichtbij en vice versa gekeken moet worden. Een niet geïntegreerde STNR bemoeilijkt het zicht in het vlak boven-onder, zoals de ATNR dat doet met links-rechts. Ook door een ongeremde STNR is de oog-handcoördinatie bemoeilijkt.
Een kind met een niet geïntegreerd STNR zal vaak een voorovergebogen houding hebben en er wat sloom uit zien als hij loopt. Als hij schrijft of leest aan tafel (hoofd naar voren), dan zal hij steeds dieper buigen tot hij bijna met zijn neus op zijn tafel ligt. Zijn benen zullen dan vaak gestrekt zijn, het kind klemt de voeten om de stoelpoten om dit te onderdrukken of gaat op één of twee benen zitten. Tijdens de les, bij het omhoog op het schoolbord kijken en omlaag naar zijn boek of schrift lijkt het of hij voortdurend meer onderuit zakt en van zijn stoel afschuift. Door het onderdrukken van deze reflex wordt de aandacht van de lesstof afgeleid en zal dit kind geregeld met aandachts- en concentratieproblemen te maken hebben.
Haren kammen, netjes en met mes en vork eten, sporten en netjes schrijven zullen bij een kind met een niet geïntegreerd STNR niet snel favoriet zijn.